De spiraal schematisch weergegeven.


De hoogste module bevat een spiraaltunnel om de verschillende delen van de baan met elkaar te verbinden maar ook om op een kleine ruimte veel hoogteverschil te realiseren. De tunnel bevat twee naast elkaar liggende railspiralen. De binnenste spiraal brengt de treinen van het schaduwstation naar het station Alp Grüm of terug, dit is het grootste hoogteverschil. De buitenste spiraal loopt van het station Alp Grüm terug naar het station Campocologno. Deze beide spiralen zijn enkelsporig en in beide richtingen te berijden. Op de tekening hiernaast is het verloop en de hoogte in niveaus weergegeven. Er is nog één extra spoor, niet getekend. Het spoor dat uit het schaduwstation komt splitst zich, de ene helft gaat via de binnenste spiraal naar Alp Grüm, zoals op de tekening. Het andere, niet getekende spoor gaat naar de andere zijde van het station Campocologno. Dit splitsingspunt is niet alleen de uitgang van het schaduwstation maar tevens de ingang. Hiermee hebben we in principe een achtje gebouwd, alleen iets in elkaar gedraaid. de ene lus is het schaduwstation en de andere is de rest van de baan.

De rode pijlen in de foto geven aan waar de trein de buitenste ring van de spiraal verlaat om via het station van Alp Grüm weer boven in de spiraal terug te keren, nu via de binnenste ring.

De foto toont de spiraaltunnel, gezien vanaf de achterkant. Alle sporen in de tunnel worden afgeschermd door plastic strips om te voorkomen dat een trein bij ontsporing op de grond kan vallen. Dit plastic is flexibel genoeg om nog de hand tussen de spiraal te kunnen steken. Het materiaal is ongeveer 3 mm dik en wordt ook gebruikt voor tochtsluizen in fabriekshallen. De spiraal is opgebouwd uit halve cirkels van 9 mm multiplex die met metalen strips aan elkaar zijn gezet. Er is voor die strips gekozen omdat die relatief smal en dun kunnen zijn en daarom niet met de pantografen in de weg zitten. Als je de delen met een stuk hout aan elkaar monteert dan kost dat weer een cm hoogte en wordt de helling van de spiraal steiler. Om de helling van de spiraal soepel in te kunnen stellen hebben we draadeinden gebruikt die door alle lagen van de spiraal heen lopen. Één rij (van 8 stuks) aan de binnenkant en één rij aan de buitenkant van de spiraal. Nu kun je met moeren, boven en onder het hout, tot op de millimeter nauwkeurig instellen wat de helling en eventuele verkanting van de spiraal is.

Tijdens de opbouw van de spiraal moet per halve cirkel het hout over de draadeinden worden geschoven, samen met de moeren natuurlijk, en dan van rails worden voorzien. Doe je dit niet per halve cirkel en zou je eerst het hout helemaal willen monteren dan kom je er praktisch niet meer tussen voor het vastmaken van de rails. Het is veel makkelijker om het stukje voor stukje op te bouwen en later pas de precieze afstelling van de hoogte per cirkel te doen.


Terug naar boven.

 

Terug naar het modelbaan overzicht op de introductie pagina.